J - j

jaa besprenkelen
· bezaaien
· jaar
· strooien (1)
jabi blootleggen
· blootstellen
· ontluiken
· opendoen
· openen
· openstellen (1)
jabijabi open (1)
jabipasima pionier
jai nieuwjaarsdag/nieuwjaar
Jailiba jan.
japo japon
· jurk
jasa bakken
· braden
· roosten
· roosteren
jasi jas
· jek
· jekker
jei beluisteren
· horen (2)
· verhoren (2)
· vernemen
· verstaan
jeje geest (1)
· schaduw
· schim
· spirit (1)
jesi oor
jesibuka oorlel
jesidata oorarts
jeside gisteren
jesilinga oorbel
oplossen (1)
jodion jodium
jooka fantoom
· spook (1)
ju gij
· je
· jij
· jou
juli hooimaand
juu huur
· h.
· tijd
· ure
· uur
Copyright © 2002